Religieuze vrijheid

De Dalai Lama staat alom bekend als een groot voorstander van religieuze vrijheid en wederzijds respect tussen de religies. Niet alleen tussen de wereld religies, maar ook tussen de verschillende Tibetaanse stromingen. "Mijn religie is die van vriendelijkheid", zegt de Dalai Lama vaak.

Hij benadrukt altijd dat de kernboodschap van alle grote godsdiensten gelijk is: compassie, liefde en vergevingsgezindheid. De Dalai Lama onderhoudt nauwe banden met rabbi's, priesters, dominees, imams en hindoe yogi's. In zijn boek Het Goede Hart becommentarieert de Dalai Lama het Nieuwe Testament, waaruit een verrassend diep begrip blijkt van de menselijke waarden die in alle religieuze stromingen terugkomen.

In zijn boeddhistische lessen, waarschuwt de Dalai Lama meestal dat westerlingen niet zomaar een andere religie zoals de leer van de Boeddha moeten omarmen. Het is beter trouw te blijven aan de religieuze cultuur waarin je bent opgegroeid. Natuurlijk staat het westerlingen vrij om het boeddhisme te bestuderen en beoefenen, maar alleen na grondige studie en inwijding zou men zich tot boeddhist kunnen bekeren. Er bestaat geen bekeringsdrang, of 'zieltjes winnen', in het boeddhisme.

Shugden
Een paar decennia geleden is er een Tibetaanse boeddhistische groep naar buiten gekomen met kritiek op de Dalai Lama. Deze groep hangt een geest aan genaamd 'Shugden' die de geest zou zijn van een Tibetaanse priester uit de 17de eeuw. De Dalai Lama beschouwd Shugden als een wereldlijke geest, die door boeddhisten niet zouden moeten worden aangehangen.

Een boeddhist streeft naar bevrijding van de kringloop van leven en sterven. Een staat van bewustzijn voorbij fysiek en mentaal lijden: de staat van Boeddhaschap. Een wereldlijke geest heeft deze staat van bewustzijn niet bereikt en kan voor een boeddhist dan ook geen object van toevlucht of verering zijn.

De meeste Tibetaanse boeddhisten beschouwen de Shugden groep als een sekte. Shugden volgelingen voelen zich superieur ten opzichte van alle andere Tibetaans boeddhistische stromingen en zijn fanatiek in het uitdragen van hun geloof, terwijl de Dalai Lama juist wederzijds respect uitdraagt als een kernpunt van het boeddhisme.

Kritiek
De Shugden groep beschouwt kritiek op hun manier van denken en beoefenen als een inbreuk op hun religieuze vrijheid en beschuldigt de Dalai Lama van een dubbele moraal. De Dalai Lama heeft echter herhaaldelijke duidelijk gemaakt dat hij hun rechten respecteert en zij vrij zijn om te mogen doen en laten wat ze willen. De beoefenaars worden niet vervolgd en zijn vrij om hun eigen tempels en centra op te richten.

Wel verzoekt hij hen te kiezen: ze zijn ofwel een leerling van de Dalai Lama en scharen zich in de traditie van de oorspronkelijke Boeddha, ofwel zij hangen Shugden aan. Je kunt niet beide beoefenen, zegt de Dalai Lama.

Verdeeldheid
Het conflict loopt hoog op binnen de Tibetaanse wereld. Vooral omdat is gebleken dat veel van de Shugden aanhangers steun krijgen van Chinese instellingen. De tempels van Shugden krijgen in Tibet meer rechten en financiële middelen dan de andere boeddhistische tempels in het land. Het lijkt er hierdoor op dat deze controverse door het regime in Beijing voor politieke doeleinden wordt gebruikt om de Tibetaanse gemeenschap te verdelen en de Dalai Lama in diskrediet te brengen.

Lees meer